Twents Meesterschap

Wat mij betreft absoluut een aanrader voor iedereen die geïnteresseerd is onderwijsvernieuwing en techniekonderwijs: de conferentie Twents Meesterschap.

28-01-2010: Twents MeesterschapAfgelopen donderdag 28 januari 2010 heb ik een interessante conferentie bezocht. Wat mij betreft absoluut een aanrader voor iedereen die geïnteresseerd is onderwijsvernieuwing en techniekonderwijs! Ik doel op de conferentie met als mooie titel Twents Meesterschap (doet me denken aan die oude Grolsch reclames!). Deze conferentie werd werd dit jaar voor de tweede keer georganiseerd door ELAN, het Instituut voor Lerarenopleiding, Wetenschaps- en Techniekcommunicatie en Schoolpraktijk van de Universiteit Twente UT). De conferentie werd op de campus van de UT georganiseerd en kende verschillende plenaire presentaties en drie rondes met parallelle presentaties.

Samenwerking

De conferentie is bedoeld voor docenten, lerarenopleiders en schoolleiders. De conferentie had als thema Samenwerking. En daarmee wordt bedoeld samenwerking tussen voortgezet onderwijs (VO) en hoger onderwijs (HO). Ook een belangrijk subthema was de aansluiting tussen VO en HO, en dan met name de wens om ervoor te zorgen dat er genoeg leerlingen een technische studie (kunnen) gaan volgen.

De conferentie werd gehouden op de campus van de UT en was druk bezocht. Er waren zo’n 150 deelnemers, in grote meerderheid docenten uit het voortgezet onderwijs. In de morgen was er onder andere in de bomvolle plenaire zaal een interessante presentatie van prof. dr. ir. Albert van den Berg, hoogleraar Nanotechnologie aan de UT, met als titel ‘Small is beautiful’ (zie foto). Van den Berg nam ons mee naar de nabije toekomst van de mogelijkheden van de nanotechnologie. Na zo’n enthousiast verhaal, gebracht met humor en deskundigheid, wordt techniek weer echt leuk en interessant!

DocentenOntwikkelTeams

Ik bezocht twee interessante sessies. Eentje van Adam Handelzalts, die in 2009 promoveerde aan de UT. Scholen hebben de afgelopen jaren steeds meer ruimte van de overheid gekregen om hun eigen curriculum in te vullen. Docenten kunnen daarbij een belangrijke rol spelen. Adam onderzocht wat de rol van docentontwikkelteams (DOTs) is bij ontwikkeling van een nieuw curriculum en nieuwe leermaterialen. Adam heeft gedurende een jaar op verschillende scholen deze DOT’s nauwkeurig gevolgd en vastgelegd wat daarin gebeurde.

Adam had geen standaard presentatie waarin hij zijn onderzoek en zijn conclusies presenteerde, maar hij zette de aanwezigen echt aan het werk met enkele vragen uit zijn onderzoek. De voornaamste conclusies van zijn onderzoek zijn:

  • de schoolleiding moet voldoende betrokkenheid tonen,

  • er moet voldoende tijd en geld beschikbaar zijn om de docenten daadwerkelijk effectief te kunnen laten zijn, en

  • de docenten zijn vooral succesvol in hun ontwikkelactiviteiten, als ze praktisch aan het werk gaan met leermaterialen en voorbeelden die ze zelf zouden willen gaan toepassen.

Al met al een goed opgezet onderzoek en relevante en praktisch bruikbare resultaten. De conclusies zijn wellicht niet heel verrassend, maar daarom niet minder relevant. Met name de veranderende rol van de schoolleiding is in de praktijk nog wel een weerbarstige, bleek ook de discussie in de groep.

Twente Academy

In de middag bezocht ik een workshop van Jan Volbers en Wouter Potters, die nauw betrokken zijn bij de activiteiten die de Universiteit Twente uitvoert ten behoeve van het voortgezet onderwijs. Deze activiteiten zijn samengevoegd onder de noemer “Twente Academy”. Hieronder vallen onder andere de succesvolle bijspijkerkampen die de UT elk jaar organiseert. Een ander onderdeel van de Twente Academy is de Online Leeromgeving (OLO) van de UT. Dit is eigenlijk een grote databank waarin leerlingen in het voortgezet onderwijs (vooral het VWO) zeer veel interactief leermateriaal (animaties) kunnen vinden voor de technische vakken. Leerlingen kunnen dit geheel zelfstandig via internet, thuis of op school, bekijken en bestuderen. In de OLO zijn verder luistertoetsen te vinden voor de verschillende talen. Ook alle eindexamens van voorgaande jaren, plus natuurlijk de uitwerkingen ervan, zijn beschikbaar op de OLO.

De materialen zijn allemaal vrij beschikbaar voor iedere leerling, na registratie van enkele persoonsgegevens. De OLO voorziet duidelijk in een behoefte. Dit blijkt onder andere uit het feit dat het gemiddelde bezoek van een gebruiker van de OLO meer dan 16 minuten bedraagt. Er wordt daadwerkelijk gestudeerd met behulp van de OLO. Belangrijke succesfactor van de OLO is de gebruikersvriendelijkheid. De animaties in de OLO worden gemaakt door studenten van de UT. Een grote meerwaarde van de OLO zit er in dat de leermaterialen eenvoudig te vinden zijn, omdat de zoekfunctie ook de mogelijkheid heeft om te zoeken in alle lesmethoden van uitgevers die er in het onderwijs gebruikt worden.

Wouter presenteerde een volgende stap in de OLO. De UT wil namelijk een zogenaamd docentenportal gaan ontwikkelen, ook weer voorzien van een grote gebruikersvriendelijkheid. Wouter presenteerde een aantal mockups van nieuwe functies voor docenten en vroeg de aanwezige docenten om feedback. Er wordt ondere andere gedacht aan functionaliteit om het voor docenten mogelijk te maken om leerarrangementen te maken met materiaal uit de OLO en (bijvoorbeeld) eigen materiaal. Ook wordt er gedacht aan een SCORM-export. Een andere uitbreiding zou de mogelijkheid kunnen zijn om leerarrangementen beschikbaar te stellen voor andere docenten (en leerlingen), waarbij het dan ook mogelijk zou zijn om feedback en reacties te verzamelen in de OLO. Op die manier zou ook een zekere kwaliteit(scyclus) gewaarborgd kunnen worden.

De reacties van de docenten op de uitbreidingsvoorstellen voor de OLO waren over het algemeen positief. Er werd gesteld dat sommige voorgestelde functies in de OLO lijken op zaken die ook in Wikiwijs mogelijk zullen zijn. Een andere reactie was dat een docent al zo veel verschillende websites moet bezoeken voor online leermateriaal en dat de OLO de zoveelste is of zal worden. In dat laatste zit zeker een kern van waarheid, maar is op zich geen reden om dan maar niet tot uitbreiding over te gaan.

Volgende keer weer!

Wat mij betreft was de conferentie inhoudelijk zeker de moeite waard en beslist voor herhaling vatbaar. De catering was prima verzorgd. De locatie op de UT was niet heel ideaal, maar aan de andere kant was de toegangsprijs van 50 euro natuurlijk heel schappelijk. Ik heb in ieder geval weer heel wat opgestoken van actuele ontwikkelingen in het technische onderwijs in Nederland!

2 Comments

  1. Het was inderdaad een zeer interessante bijeenkomst! Tijdens één van de workshops werd er toegelicht hoe het brein werkt als mensen leren en hoe je van deze kennis optimaal gebruik maakt. Deze workshop werd georganiseerd door het BCL Instituut (BCL = Brein Centraal Leren). (www.bclinstituut.nl).

    Op het blog van Bètawijs zal hier binnenkort een verslag over schrijven. (http://blog.betawijs.nl).

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.